Doel
Het doel van het project is het realiseren van een nieuw station en het aanpassen van aansluitende (spoor)infrastructuur om de volgende doelen te verwezenlijken:
- De barrièrewerking die ontstaat door de fysieke spoorinfrastructuur ter plaatse van het station Ede-Wageningen, de SOMA- en ENKA-terrein, en die indirect ontstaat door de geluidsschermen, te verminderen.
- De voorzieningen voor de verschillende vervoersmodaliteiten, de toegankelijkheid daarvan en de kwaliteit van de overstap tussen de verschillende modaliteiten te verbeteren.
- Het station plus de directe omgeving als visitekaartje voor Ede op te waarderen en het daarmee creëren van een aantrekkelijke vestigingsplaats voor wonen en bedrijvigheid.
- Een station te realiseren dat een logisch en duidelijk centrum is in het stedenbouwkundige en infrastructurele plan voor de wijdere omgeving van Ede-Oost, waardoor de genoemde kwadranten rondom het station beter met elkaar worden verbonden.
- Het project te realiseren binnen de vastgelegde Kaders: doelstellingen, subsidiecondities, scope, budget, planning en samenwerking.
Stand van zaken
Voor het project Spoorzone Ede is een gemeenschappelijke projectorganisatie ingericht met medewerkers van de gemeente Ede, NS en ProRail. Deze organisatie werkt volgens afspraken over samenwerking die in de subsidies en overeenkomsten zijn vastgelegd. Vooral de inpassing van het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS) medio 2013 en de voortijdig beëindigde aanbesteding van het stationscontract eind 2018, leidden tot vertraging van de oorspronkelijke planning.
Afgeronde delen
Het inpassen van PHS en de voortijdig beëindigde aanbesteding leidde er ook toe dat andere onderdelen afzonderlijk en/of vooruitlopend zijn uitgevoerd. Het gaat dan om:
- In 2015 is een tijdelijke P&R voorziening op WFC gerealiseerd en is de halteplaats van de Valleilijn verplaatst van de zuid- naar de noordzijde van het station;
- De Westelijke Spoorzone, is, met de oplevering van twee tunnels en openbare ruimte, in 2016 al afgerond.
- De conditionering is uit het stationscontract gehaald en separaat in 2020 en 2021 uitgevoerd. Dit betrof de verlegging van kabels en leidingen, wegverleggingen, alsmede de ontgraving voor de Frisokazerne en de parkeerplaats Badweg.
OV-Knoop en Oostelijke Spoorzone
De realisatie van de OV-knoop is verdeeld over verschillende contracten. Na het voortijdig beëindigen eind 2018 van de eerste aanbestedingsprocedure voor het spoorse contract (Contract 1) heeft het Bestuurlijk Overleg Spoorzone Ede besloten tot een nieuwe aanbestedingsprocedure. In het besluit is aangegeven de significante financiële effecten, voortvloeiende uit de vertraging als gevolg van het afbreken, zo veel mogelijk te willen beperken. Het projectmanagementteam is aan de slag en op zoek gegaan naar een aanpak om de kans op een geslaagde aanbesteding te optimaliseren en naar (besparing)mogelijkheden om de gevolgschade zoveel mogelijk te beperken. Dat heeft geleid tot een aantal aanpassingen in het ontwerp en een andere aanbestedingsaanpak.
Het spoorse contract - Contract 1
In 2019 werd ook duidelijk dat de PHS-dienstregeling uit 2013, waar het infra-ontwerp van het station op gebaseerd was, niet uit te voeren was op de beoogde spoorinfrastructuur. Het vigerend ontwerp voor de OV-knoop Ede sloot niet goed aan bij de twee resterende mogelijke dienstregelings-alternatieven. De opdrachtgever voor het PHS heeft verzocht ook hier alternatieven te onderzoeken, waarbij eveneens zoveel mogelijk gezocht is naar kostenreductie. Dankzij intensieve samenwerking tussen betrokken partijen is het gelukt om in april 2019 een alternatief te ontwikkelen dat begin 2020 goedgekeurd was (het Functioneel Integraal Systeemontwerp/Railverkeertechnisch Ontwerp). Hiermee is ook een keuze gemaakt voor één van eerdergenoemde dienstregelingsmodellen, i.c. alternatief “6/4” zonder sprinter Utrecht – Ede v.v.
2020 en begin 2021 heeft vooral in het teken gestaan met de hernieuwde aanbesteding van spoorse contract. De procedure is in april 2021 succesvol afgerond met een geslaagde gunning. Vervolgens is de opdrachtnemer aan de slag gegaan met de inhoudelijke voorbereidingen en aansluitend de uitvoering, waaronder in het derde kwartaal 2021 het verwijderen van de spoorwegovergang Kerkweg en het afsluiten voor auto’s van de spoorwegovergang Sysselt.
Voorbereidende werkzaamheden - Contract 5
Na de voortijdig beëindigen van de aanbesteding van het spoorse contract (Contract 1) is in juni 2019 besloten tot het naar voren halen van de voorbereidende werkzaamheden van dat contract, waaronder kabels en leidingen en het ontgronden Frisopark en Badweg en deze ook uit de scope van Contract 1 te halen. Hiermee werd het risicoprofiel van Contract 1 verlaagd en is zichtbare voortgang geboekt. Tegelijk werd het dan ook mogelijk om beter in te spelen op de actualiteit van de (vele) raakvlakken. De werkzaamheden voor Contract 5 zijn afgerond per september 2021.
Busplein + P&R-garage en openbare ruimte - Contracten 3 en 4
De afronding van het ontwerp en de start voorbereiding van de aanbesteding is uitgesteld vanwege de prioriteit bij Contract 1 en Contract 5. Afronding ontwerpen (inclusief restpunten) is nu voorzien in augustus 2021, aansluitend wordt gestart met het proces aanbesteding. De uiteindelijke afronding van beide onderdelen loopt naar verwachting geen vertraging op.
Mijlpalen
- Met ingang van de dienstregeling 2022 (december 2021) wordt gestart met de zogenaamde 10 minuten dienstregeling.
- Het spoorse contract: 2022 zal grotendeels in het teken staan van de bouw van het nieuwe station. De bouw start in Q1 2022, de ‘omklap’, en daarmee het in gebruik nemen, staat gepland voor het najaar 2023, de oplevering voor Q2 2024. Gedurende de periode zullen diverse Trein Vrije Periodes (TVP’s) van kracht zijn waarin gebruik wordt gemaakt van bus vervangend vervoer. De eerste grote TVP staat gepland voor augustus 2022.
- P&R garage, bus en taxiplein en overige openbare infrastructuur; na gunning van de werkzaamheden in Q1 2022 volgt de realisatie. De oplevering is voorzien gelijktijdig met de ingebruikname van het nieuwe station.
- Groenvoorzieningen openbare ruimte: na gunning van de werkzaamheden in Q2 2023 volgt de realisatie. De oplevering is voorzien gelijktijdig met de oplevering van het project in Q2 2024.
Financiën
Nominale bedragen x € 1 miljoen | |||
Investering | € | Dekking | € |
Reeds gerealiseerd (boekwaarde) | 42,1 | Ministerie I&W | 42,1 |
Nog te maken kosten | 84,3 | Provincie Gelderland (inclusief GSO-4 gelden) | 35,2 |
Gemeente Ede (reserve) | 40,5 | ||
Overige bijdragen | 5,0 | ||
Storting vanuit Parklaan | 3,6 | ||
Totaal | 126,4 | 126,4 | |
Resultaat (reeel) | 0 |
Projectbudget en dekking
Het projectbudget Spoorzone Ede (Westelijke Spoorzone en OV-knoop) wordt gedekt door bijdragen van het ministerie Infrastructuur en Waterstaat, provincie Gelderland en de gemeente Ede. Het Bestuurlijk Overleg Spoorzone Ede heeft in april 2021 het projectbudget OV-knoop verhoogd en vastgesteld.
In het bestuurlijk overleg van januari 2020 zijn afspraken gemaakt over het deel van het projectbudget waarvan de dekking nog niet is vastgesteld. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat staat tot circa 40% (PHS-deel) garant voor de eventuele kosten van marktwerking. In Q1 2021 is hiervoor door ProRail een aanvullende beschikkings-aanvraag ingediend. De gemeenteraad heeft het noodzakelijk bedrag beschikbaar gesteld in de Perspectiefnota 2022- 2025. De provincie Gelderland heeft eerder de intentie uitgesproken om de bijdrage van de gemeente Ede tot maximaal 50% te financieren. De provinciale heeft in zijn Mid Term Review in juni/juli 2021 besloten van de gevraagde € 6,4 miljoen, € 4,0 miljoen te honoreren. Daarnaast heeft de provincie toegezegd zich bijzonder in te zullen spannen om het bedrag vanuit de provinciale HUB-gelden, aan te vullen met € 1,0 miljoen. Er resteert dan nog een bedrag € 1,4 miljoen. Op dit moment is hiervoor geen alternatieve dekking. Hierover vindt het komende jaar nader overleg plaats met de provincie of een bijdrage uit de mobiliteitsgelden mogelijk is.
Risico's
Het risicodossier wordt periodiek geactualiseerd. Om sturing te krijgen op de risico’s zijn afspraken gemaakt hoe om te gaan met een nieuw risico, de waardering en benoemen en actualiseren van de beheersmaatregelen. De beheersmaatregelen zijn gedefinieerd en worden uitgevoerd. Het effect hiervan wordt frequent besproken. Binnen het projectbudget is ook een bedrag gereserveerd voor de risico’s in het risicodossier.