Home

Actualisatie

Bedragen x € 1.000

Omschrijving

2021

2022

2023

2024

2025

Transformatieopgave sociaal domein

 500 V

-

 -

-

Veilig Thuis

 90 V

-

 -

 -

Onderwijsachterstanden

 167 V

 -

 -

 -

Maatwerkvoorzieningen Wmo en jeugd - meerkosten Corona

 185 V

 -

 -

 -

Maatwerkvoorzieningen Wmo en jeugd - toevoegen aan Reserve Corona

185 N

 -

 -

 -

Mobiliteitshulpmiddelen

-

 -

 -

 -

Woonvoorzieningen

100 N

 -

 -

 -

Maatschappelijke opvang - Brede aanpak dak- en thuisloosheid - begeleiding

 2.000 V

 -

 -

 -

Maatschappelijke opvang - dotatie aan de reserve

2.000 N

 -

 -

 -

Maatschappelijke opvang - Tijdelijke opvang buitenslapers

-

 -

 -

 -

Beschermd wonen

-

 -

 -

 -

Vraagafhankelijk vervoer 

 250 V

 -

 -

 -

Inkomensvoorziening 

550 N

 -

 -

 -

Totaal

 357 V

-

-

-

-

Transformatieopgave decentralisaties sociaal domein   € 0,5 miljoen V
In de perspectiefnota zijn we uitgebreid ingegaan op de ontwikkelingen in het sociaal domein en het perspectief op de toekomst. Onder invloed van externe én interne ontwikkelingen komt de transformatie op stoom. We zien samenhang en beweging tussen de producten en diensten die we aanbieden. Preventie en actiever doorverwijzen naar de sociale basis of over de domeinen heen, voorkomt uitgaven voor dure zorg maar vraagt tegelijkertijd om investeringen in de sociale basis. Middels het versterken van regie en het uitvoeringsplan transformatie maken we mogelijk om deze opgave in te vullen.
Bij de perspectiefnota is toegelicht dat het knippen van resultaten en toewijzen aan de diverse ombuigingstaakstellingen niet in alle gevallen mogelijk is. In het totaalbeeld zijn en worden financiële effecten van de ingezette wegen zichtbaar. Hieronder staan een aantal producten die we bezien in relatie tot de openstaande financiële opgave in 2021 van € 1 miljoen. Per saldo een voordeel van € 0,5 miljoen.

  • Domein-overstijgende samenwerking
    Zowel het landelijke als het Edese beleid is erop gericht om ouderen zo lang als mogelijk zelfstandig te laten wonen. Het (blijven) wonen in hun vertrouwde omgeving draagt bij aan hun zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie en is over de domeinen (Wmo, Zorgverzekeringswet, Wet langdurige zorg) heen goedkoper. De financiële besparing landt voornamelijk in de Wet langdurige zorg, terwijl met name de Wmo te maken krijgt met stijgende kosten. Op 7 december 2017 hebben we in dit kader de samenwerkingsovereenkomst domein-overstijgend werken ondertekend. De pilot is in de loop van 2018 van gestart gegaan onder de titel ‘Thuis Geven’ In de pilot wordt één arrangeur verantwoordelijk voor het organiseren van het gehele zorgarrangement, over de domeinen heen. Het ministerie van VWS heeft de pilot omarmd en afgelopen augustus is er voor drie gemeenten (Ede, Dongen en Hoogeveen) een specifieke uitkering voor de gehele periode 2018-2022 beschikbaar gesteld, waarbij deze gemeenten een vergoeding kunnen vragen voor deze meerkosten in de Wmo.
    Op dit moment wordt de definitieve aanvraag Ede uitgewerkt en de huidige inschatting is dat het hier gaat om circa 250 cliënten en een maximale vergoeding van € 2.725 per cliënt. Een percentage van 62,5% wordt dan ontvangen in het kalenderjaar 2021 en een percentage van 37,5% in het kalenderjaar 2022. De vaststelling gaat op basis van werkelijk aantal cliënten. Aangezien de kosten tot en met 2021 betrokken zijn uit de reguliere budgetten betreft dit voor nu een incidentele bate van € 0,43 miljoen.
  • Thuisondersteuning mantelzorgers (programma 2)
    De algemene voorziening thuisondersteuning bestaat alleen voor mantelzorgers. Steeds meer mantelzorgers ontvangen (na maximaal 1,5 jaar) een maatwerkvoorziening. Het verhuizen van de toegang naar de gemeente resulteert in een lagere instroom en kortere indicatieduur. In bedrag € 0,25 miljoen voordelig.
    Thuisondersteuning cliënten (programma 3)
    Vorig jaar zagen we al voordelen van een verbeterde toegang en regie en passend indiceren. Ook zien we een lager effect op de invoering van het abonnementstarief. Het aantal cliënten dat gebruik maakt van thuisondersteuning stijgt nog steeds en in 2021 met circa 3%. Een deel hiervan betreft de omzetting van mantelzorgers naar een maatwerkvoorziening, maar ook het abonnementstarief en vergrijzing mogen genoemd worden. Het structurele voordeel wordt betrokken bij de financiële merites van de transformatieopgave sociaal domein. In bedrag € 0,2 miljoen voordelig.
  • Begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf (programma 3)
    Ondanks een door ombuigingen verlaagd budget, zien we nog geen significante financiële effecten. De ontwikkelingen binnen deze maatwerkvoorzieningen zijn verschillend van aard. Naast groei zien we ook verschuivingen met jeugd (18-/18+), beschermd wonen of de Wlz. Ook zoeken we naar andere ondersteuningsmogelijkheden, minder inzet van specialistische hulp en versterken van de regie. Door passend indiceren en strakke opdrachtverstrekking richting aanbieders kunnen we richting onze inwoners goede begeleiding en ondersteuning blijven bieden tegen afnemende kosten. Het blijft een uitdaging om met aanbieders te zoeken naar een juiste balans in de reguliere en specialistische begeleiding. Bovenstaande is in lijn met de doelstellingen vanuit de decentralisatie en transformatie en heeft niet geleid tot een toename van klachten en/of bezwaren.
    Bij begeleiding en dagbesteding zien we in 2021 het aantal cliënten stabiliseren. Onduidelijk is of dit een gevolg is van de corona-pandemie. Door bijvoorbeeld beeld/telefonisch contact hebben aanbieders meer tijd beschikbaar. Door gedeeltelijke sluiting van dagbesteding heeft extra inzet plaatsgevonden.
    Tenslotte lijkt ook de uitstroom door corona verminderd te zijn.
  • Jeugdhulp (programma 3)
    Door onder meer temporisering van de ombuigingen conform besluitvorming Perspectiefnota 2022-2025 is het jeugdhulpbudget opwaarts bijgesteld. Een afname van de uitgaven is in 2021 bereikt door de transformatie van jeugdhulp en het realiseren van ombuigingen.
    Ombuigingen worden gerealiseerd maar hier is meer tijd voor nodig door bijvoorbeeld de samenwerking met scholen en huisartsen. De gevolgen van COVID-2019 zijn ook zichtbaar binnen jeugdhulp. Belangrijke ontwikkelingen als gevolg van COVID-19 zijn een toegenomen instroom van jeugdigen in ambulante GGZ, substitutie van groepsbehandeling naar individuele behandeling en complexiteit rondom het afronden van bestaande hulptrajecten.
    Bij verblijf zien we een daling van € 0,8 miljoen. Dit is deels het effect van de sluiting van enkele locaties ten behoeve van verblijfszorg in de gemeente Ede. De verblijfsuitgaven zijn afgelopen jaren fors gedaald. De complexiteit van de zorgbehoefte zorgt ervoor dat deze daling afvlakt.
    De uitgaven voor ambulante zorg lijken stabiel maar blijven voor een deel stijgen. De daling op Groepsbegeleiding zet wel verder door. Dit is nog steeds het effect van de maatregel op BSO-plus. Ook het effect van de maatregel om jeugdigen van Jeugdwet naar de Wlz te begeleiden is zeer succesvol.
    De besparingen worden echter merendeels tenietgedaan door de stijging in kosten van Begeleiding (€ 0,5 miljoen) en Behandeling (€ 0,6 miljoen).
    Het Rijk heeft voor Veiligheid binnen jeugdhulp extra middelen van € 0,5 miljoen beschikbaar gesteld aan de gemeente voor onder meer crisiscapaciteit en complexe problematiek.
    Alles bij elkaar komt de prognose voor jeugdhulp op € 0,6 miljoen voordelig. We moeten dit voordeel in 2021 wel zien in de context van het opwaarts bijgestelde budget, de zorgelijke geschetste ontwikkeling in het programmaplan van Programma 3 en het totaalbeeld van het sociaal domein met de nog openstaande financiële opgave. Adequate en constante monitoring blijft noodzakelijk.

Veilig Thuis 2020 (programma 2)   € 90.000 V
Veilig Thuis Gelderland Midden heeft het jaar 2020 met een positief resultaat van € 0,7 miljoen afgesloten. In het bestuurlijk overleg VT van 27 november 2020 is het besluit genomen om € 350.000 hiervan te reserveren als bedrijfsreserve. Het resterende bedrag wordt, na rato, terugbetaald aan de gemeenten. Voor onze gemeente betreft dit een bedrag van afgerond € 90.000 en hoeft daarmee niet in de centrumgemeentelijke reserve VO gestort te worden.

Onderwijsachterstanden (programma 2)   € 167.000 V
Net als in 2020 heeft de Corona-uitbraak ook in 2021 nog effect op het onderwijsachterstandenbeleid. Dit heeft geleid tot een stagnering van het aantal aanmeldingen van nieuwe peuters voor VVE- en Peuteropvang, maar ook de realisatie van bijvoorbeeld schoolpilots konden vanwege de veiligheidsvoorschriften tijdelijk niet worden uitgevoerd. Hierdoor zijn minder subsidie aanvragen ingediend.

Maatwerkvoorzieningen Wmo en jeugd - meerkosten Corona (programma 3)    € 185.000 V
Toevoegen aan Reserve Steun en Herstel Corona   € 185.000 N
Uit de afwikkeling van de meerkosten Corona 2020 met de aanbieders van maatwerkvoorzieningen blijken minder kosten vergoed te zijn, dan het landelijk verkregen budget. Bij de toekenning van compensatie aan aanbieders zijn de landelijke richtlijnen toegepast.
Ook voor het jaar 2021 volgen we deze landelijke lijn om de compensatieregeling meerkosten te continueren. Het streven is dat voor alle gemeenten de definitieve hoogte van de compensatiebedragen in het najaar bekend is om deze bedragen vervolgens in december 2021 aan gemeenten uit te keren.

Mobiliteitshulpmiddelen (programma 3)   -
In de Programmarekening 2020 hebben we een neerwaartse bijstelling (€ 108.000 N) vermeld op ons budget hulpmiddelen als gevolg van een uitname ten behoeve van de Wlz. In de meicirculaire 2021 is de structurele extra uitname vanaf 2021 nog niet verwerkt, maar doorgeschoven naar het einde van het jaar. Het structurele nadeel is in de perspectiefnota betrokken bij de financiële opgave van de ombuigingen Sociaal Domein.
Van onze leverancier zijn daarnaast signalen ontvangen dat de Covid-19 pandemie, maar ook de recente afsluiting van het Suezkanaal, grote gevolgen heeft voor de goederenketen. De verminderde beschikbaarheid van materialen, grondstoffen (staal, aluminium) en componenten zoals elektronica en chips heeft al geleid tot kostenstijgingen. De voorspelbaarheid van productie, vervoer en levering is lastig. We blijven dit monitoren.

Woonvoorzieningen (programma 3)   € 100.000 N
De vraag naar woningaanpassingen fluctueert jaarlijks. De situatie op de woningmarkt leidt ertoe dat we meer moeten aanpassen. Verhuizen is vaak geen optie is omdat geschikte woningen ontbreken. Ook het groeiend aantal ouderen zorgt voor een stijgende behoefte aan woningaanpassingen en scootmobielstallingen, deze zijn samen met Woonstede gerealiseerd. Tenslotte loopt de kostenstijging bij woonvoorzieningen niet parallel met de jaarlijkse volumecompensatie.

Maatschappelijke opvang - Brede aanpak dak- en thuisloosheid - begeleiding (p3)   € 2.000.000 V
Maatschappelijke opvang - dotatie aan de reserve (p3)   € 2.000.000 N
In 2020 hebben we al een bedrag van € 1,0 miljoen vanuit het ministerie van BZK ontvangen voor de transformatie van leegstaand vastgoed naar sociale huur. Vanuit het plan van aanpak ‘Iedereen een eigen passende woonplek’ hebben we in 2021 een bedrag van € 3,5 miljoen vanuit het ministerie van VWS ontvangen. Hiervan is € 2,0 miljoen bestemd voor begeleiding aan cliënten die op deze locaties komen te wonen. Aangezien de locaties niet in 2021 open gaan, worden de begeleidingskosten niet in 2021 gemaakt.
De verkregen middelen vloeien zodoende naar de reserve. De overige € 1,5 miljoen wordt ingezet voor de renovatie van de opvang en het continueren van Housing First.

Maatschappelijke opvang - Tijdelijke opvang buitenslapers (programma 3)   -
Het college heeft besloten om de nachtopvang voor daklozen in Ede open te houden, en dus de pilot Buitenslapers te verlengen tot en met 31 maart 2022. Dit ook om te handelen conform de landelijke maatregelen rondom Corona. De extra kosten van de tijdelijke opvang buitenslapers komen ten laste van de reserve maatschappelijke opvang en de hierin opgenomen ontvangen middelen Corona. Voor het jaar 2021 zijn de kosten geraamd op circa € 0,7 miljoen. Voor het eerste kwartaal 2022 betreft dit € 0,14 miljoen.

Beschermd wonen (programma 3)   -
De te verstrekken subsidie voor de onrendabele top van de transformatie van vastgoed heeft nog niet plaatsgevonden. Inzet vraagt een zorgvuldige interne afweging en goede afspraken met de mogelijke marktpartijen. De uitname van € 6,1 miljoen budget ten behoeve de Wet langdurige zorg (Wlz) heeft in 2021 plaatsgevonden. De daadwerkelijke verschuiving van cliënten kent echter vertraging door de hernieuwde indicatiestelling, waardoor cliënten langer in beschermd wonen zitten dan bedacht. Op landelijk niveau vindt compensatie plaats voor de hierdoor hogere kosten van gemeenten. Nog onduidelijk is hoe dit voor ons uitpakt. Eventuele effecten worden betrokken bij de reserve Beschermd wonen.

Vraagafhankelijk vervoer (programma 3)   € 250.000 V
Als gevolg van de coronacrisis zien we een afname in het aantal ritten. Gevolg is derhalve ook minder kosten resulterend in een te verwachten voordeel voor 2021 van € 250.000.

Inkomensvoorziening (programma 3)   € 550.000 N
De budgetten voor bijstandsuitkeringen ramen we in onze begroting op basis van de voorlopige schattingen van het Rijk. Deze worden twee keer per jaar bijgesteld. Aan de hand van laatste berichtgeving van het Rijk (oktober 2021) dat het macrobudget naar beneden wordt bijgesteld, zien we een neerwaartse bijstelling van ons budget. Tegelijkertijd blijkt dat we meer vorderingen van onterecht verstrekte uitkeringen af moeten boeken. Naast deze nadelen zien we een voordeel omdat een daling van het aantal mensen met een uitkering is ingezet.

Deze pagina is gebouwd op 10/18/2021 11:34:11 met de export van 10/18/2021 09:44:42